Het zesde verhaal in een reeks over waterprojecten
De gemeente Rotterdam is wereldwijd één van de koplopers op het gebied van watermanagement. Met een serie waterverhalen laten we zien wat we allemaal doen op dit gebied. In dit zesde verhaal vertelt André Verbaas (51, medewerker beheer en uitvoering bij Stadsbeheer) in het oudste gemaal van Rotterdam over het beheer en onderhoud van de 950 Rotterdamse rioolgemalen. Het oudste gemaal aan de Westersingel 314 is te bezichtigen tijdens Open Monumentendag op 10 september.
“Ik ben een gemalengek”
<p”>De meeste Rotterdammers die langs het vrijstaande gebouw vóór Rjjndam Revalidatie langs fietsen hebben geen benul dat hierin het oudste rioolgemaal van Rotterdam huist. Nou ja, oud. De pompinstallatie, besturingskasten, elektrische installaties en bedrading zijn vijf jaar geleden volledig gerenoveerd. Maar verder worden het karakter en de uitstraling van dit Rijksmonument uit 1891 gekoesterd. Toen de elektrotechnicus André Verbaas 22 jaar jong in dienst kwam bij de gemeentelijke storingsdienst, had hij geen idee wat een gemaal was. Inmiddels heeft hij alle 950 gemalen uit Rotterdam en omstreken persoonlijk in handen gehad of de monteurs aangestuurd die ze 24/7 onderhouden. “Ik ben echt een gemalengek. Ik ben trots dat ik er aan bijdraag dat de inwoners van mijn stad droge voeten houden.”
Nu is alles geautomatiseerd
Een rioolsysteem bestaat uit buizen en grote en kleine gemalen die riool- en regenwater doorpompen. Via een groot gemaal zoals het gemaal Westersingel gaat het naar de afvalwaterzuivering. Om gevoel te geven bij dit proces tilt André buiten naast het gemaal een van de grote metalen deksels op. In de diepte borrelt drek.
Binnen wijst André op de computer aan hoe vol het tien meter diepe bassin staat. “Vroeger stond het hier vol schakelkasten met knoppen, stoppen en bundels elektriciteitsdraad; nu is alles geautomatiseerd.”
Niet in het riool
Als teamleider van de Technische Dienst heeft André ‘schone handenwerk’ op kantoor. Maar hij rijdt regelmatig ‘het veld’ in om zijn 25 monteurs te bezoeken die de gemalen onderhouden en storingen verhelpen. Met mooi weer gaat hij op zijn elektrische werkscooter en altijd draagt hij zijn uniform: een lichtblauw overhemd met logo van de gemeente. “Er is elke dag wel ergens een gemaal in storing. Dat krijg je als mensen iets ander dan wc-papier in de wc gooien; zoals keukenpapier, hygiënische doekjes, frituurvet, condooms en panty’s. Ook al zitten er versnijders in de pompen, lang niet alles kan er doorheen.” Voorlichtingscampagnes in wijken met veel storingen helpen, merkt André. “En scholieren hier in het gemaal ontvangen. Die vertellen daarna aan hun ouders wat ze beter níet in het riool kunnen gooien.”
Choleraepidemie
<p”>In het kleine museum in het gemaal valt een foto op uit de tijd dat huishoudens rechtstreeks loosden op de grachten. Een vrouw staat naast een zwaar vervuilde gracht. André: “Na de zoveelste cholera-epidemie was voor het stadsbestuur de maat vol en is dit eerste gemaal gebouwd. En nog steeds werken we samen met de waterschappen aan het schoner maken van de singels.” De meest recente slag daarin was in 2011. Toen is gemaal Westersingel gekoppeld aan de ondergrondse waterberging onder de Museumparkgarage. “Sindsdien hoeven we in plaats van twaalf keer per jaar, minder dan één keer per jaar over te storten op de singel als het riool door een flinke bui overloopt. Daardoor blijven de singels schoner en frisser en lopen de kelders van de huizen niet meer vol.”